Is het toestemmingsvereiste bij een medeplegers boete serieus vereiste?
Als de inspecteur een boete wil opleggen aan een medepleger moet hij daarvoor toestemming vragen bij de algemeen directeur van het organisatieonderdeel waar de inspecteur werkzaam is en bij het Directoraat-generaal Belastingdienst (par. 2 lid 6 BBBB).
Wat zijn de gevolgen als daaraan niet is voldaan of als de toestemming wel is verkregen, maar op basis van onvolledige informatie?
Dat laatste was aan de orde in de zaak die heeft geleid tot het arrest van de Hoge Raad van 6 september 2024, nr. 22/01348, ECLI:NL:HR:2024:1132 .
Casus
Een belastingadvieskantoor heeft voor een aantal cliënten een constructie opgezet. De daarbij betrokken Guernsey Vennootschappen zouden niet in Nederland zijn gevestigd.
De inspecteur meent dat deze vennootschappen wel in Nederland zijn gevestigd en dat deze vennootschappen in Nederland vennootschapsbelasting zijn verschuldigd. Er is ten onrechte geen belasting geheven.
De inspecteur meent dat het advieskantoor ten aanzien van het feit dat geen belasting is geheven een ernstig verwijt kan worden gemaakt. De inspecteur meent dat het advieskantoor mededader is en heeft daarom een boete opgelegd van €1000.000.
Voorafgaand aan het opleggen van de boete heeft de inspecteur toestemming gevraagd aan het Directoraat-generaal van de Belastingdienst en de directeur van de Belastingdienst/Grote Ondernemingen.
De toestemming is verleend op basis van gekleurde en onvolledige informatie. Het Hof heeft de vergrijpboete daarom vernietigd.
Standpunt Belastingdienst
De staatssecretaris van Financiën heeft tegen de beslissing van het Hof beroep in cassatie ingesteld.
Volgens de staatssecretaris heeft het Hof ten onrechte aangenomen dat het toestemmingsvereiste een waarborgfunctie en een constitutief vereiste is.
Het is volgens de staatssecretaris slechts een interne instructienorm waarop de betrokkene geen beroep kan doen.
Beslissing Hoge Raad
Toestemmingsvereiste
Het standpunt van de Belastingdienst volgt de Hoge Raad niet. De Hoge Raad geeft aan dat de toestemmingsvereiste in het Besluit Bestuurlijke Boete Belastingdienst (BBBB) is opgenomen omdat er maatschappelijke onrust was ontstaan over de uitbreiding van de kring van beboetbare personen. Sinds invoering van de vierde tranche Awb kunnen naast belastingplichtigen ook mededaders, zoals medeplegers, worden beboet. De toestemmingsvereiste is volgens de Hoge Raad bedoeld als een waarborg voor de betrokkenen.
Degene aan wie een boete wordt opgelegd kan hier een beroep op doen als de toestemming ontbreekt of als deze op onzorgvuldige wijze tot stand is gekomen.
Onzorgvuldigheid
Als de toestemming op onzorgvuldige wijze tot stand is gekomen, dan is volgens de Hoge Raad de waarborg niet geboden. De waarborg houdt in dat hoger in de organisatie wordt beoordeeld of het opleggen van een boete juist en passend is.
Bij de beoordeling of de toestemming zorgvuldig is verleend, is van belang dat de betrokken functionaris over voldoende en juiste informatie beschikt. In ieder geval moet de informatie over de feitelijke en rechtskundige gronden voor het opleggen van een boete aan de beoordelaars worden verstrekt.
Van opzet naar grove schuld
De Hoge Raad beslist voorts dat de inspecteur zich in een procedure op het standpunt kan stellen dat sprake is van grove schuld in plaats van opzet. Dat kan ook als de toestemming is verleend om een boete op te leggen wegens opzet.
Gevolgen niet naleven toestemmingsvereiste
In deze zaak heeft het Hof de boete vernietigd, maar de Hoge Raad beslist dat niet standaard de boete moet worden vernietigd als er geen toestemming is verleend of als de toestemming op onzorgvuldige wijze tot stand is gekomen. Per geval zal moeten worden bekeken welk gevolg daaraan moet worden verbonden. Een passend rechtsgevolg kan ook zijn, een vermindering van de boete. De rechter kan ook beslissen de boete in stand te laten als de beboete niet is benadeeld.
In de praktijk
Hoe hier in de praktijk mee om zal worden gegaan, dat zal nog moeten blijken en verder uitgekristalliseerd moeten worden. Ik ga ervan uit dat de Belastingdienst zelf niet snel zal concluderen dat de boete moet komen te vervallen als de toestemmingsvereiste niet is nageleefd. Dat is overigens niet cynisch bedoeld. Vanuit de positie van de Belastingdienst kan ik me dat namelijk wel voorstellen.
Wil je de blog als eerste ontvangen? Meld je dan aan via deze link